Sociale wijkteams vormen voor de gemeente Amersfoort een belangrijke schakel in het transformatieproces van (jeugd)zorg en ondersteuning. Om resultaten en effecten van de teams inzichtelijk te maken, heeft de gemeente een monitor ontwikkeld. In dit artikel leest u over het doel en de totstandkoming ervan. En hoe hij in de praktijk wordt gebruikt.
Bijna negentig procent van de gemeenten in Nederland werkt met sociale (wijk)teams. De belangrijkste doelstellingen van deze teams zijn het voorkomen van zwaardere zorg, integrale aanpak van multiproblematiek, het voorkomen van escalatie van problematiek (preventie), het verbeteren van zorg en ondersteuning en het vergroten van zelfredzaamheid van inwoners.1 Hoe krijgen we zicht op het functioneren van sociale (wijk) teams? Behalen de teams de beoogde resultaten en effecten?
Motor
Met negen wijkteams geeft de gemeente Amersfoort in de praktijk vorm aan nieuwe vormen van hulp en ondersteuning voor en met de inwoner. Amersfoort wil integraliteit borgen door te werken met ‘0 tot 100’ teams en geen onderscheid te maken in doelgroepen. De negen teams worden dan ook bemenst door professionals met onder andere een achtergrond in de jeugdzorg, gehandicaptenzorg, ggz, maatschappelijk werk, welzijn, cliëntondersteuning, wijkverpleegkunde en ouderenzorg. Inwoners met een hulpvraag kunnen direct terecht bij het sociale wijkteam. Tijdens het huisbezoek bepalen inwoner en wijkteammedewerker samen wat de ondersteuningsbehoefte is en welke hulpbronnen aanwezig zijn. Bij enkelvoudige problematiek wordt waar nodig een voorziening (bijvoorbeeld hulp bij het huishouden) ingezet. Bij meervoudige problematiek wordt vaak een combinatie ingezet van een algemene voorziening, begeleiding/ coaching door het wijkteam en/of aanvullende (specialistische) zorg.