Door: Irene Thuis, directeur/bestuurder van MEE Zuid-Limburg
Hier klinkt enige frustratie in door. En inderdaad, die voel ik ook! Ergernis zelfs, al helpt dat helemaal niks.
Ik dacht altijd dat ik een redelijk opgeleid mens was met een behoorlijke portie gezond boerenverstand. Oké, ik behoor inmiddels niet meer tot de jongsten, maar probeer mijn skills te blijven ontwikkelen.
En toch loop ik vast, vast in de systemen die we met elkaar bedenken. Systemen die ervoor zouden moeten zorgen dat het eenvoudiger is om een aantal zaken vooral zelf te regelen, zodat de overheid of een bedrijf dat niet voor ons hoeft te doen. Een zelfredzame burger dus. Dat dácht ik. Valt de afgelopen maanden behoorlijk tegen. Brieven van allerlei glasvezelleveranciers die mijn stoep opbreken, brengen me in verwarring. Moet ik overstappen naar een andere partij? En wat als ik het niet doe? Brieven die dreigen dat netwerken worden uitgeschakeld als ik geen toestemming geef om kabels te leggen richting mijn huis. Zelfs telefoontjes hierover verschaffen me geen echte zekerheid om te weten waar ik goed aan doe. En dan de bankzaken. Niet privé, dat lukt nog wel, maar de zakelijke aanpassingen die nodig zijn krijg ik niet geregeld. Ik moet chatten, maar lees regelmatig “ik begrijp u niet”. Nee, ik jullie ook niet! Na veel zoeken een telefoonnummer om van een aardige medewerker te horen te krijgen dat ik de gewenste wijzigingen zelf kan doorvoeren. “Heel makkelijk!” Maar waarom lukt het dan niet? Na weken en letterlijk uren achter een scherm?
Ik sta op de grens van boos worden; verontschuldig mij aan de telefoon op voorhand al netjes voor mijn geïrriteerde toon. Maar ik snap het gewoon niet! Ben ik nou zo dom……?
Inmiddels is op TV het programma gestart rondom het thema laaggeletterdheid. Het kreeg veel aandacht. In menige talkshow mochten de presentator en de deelnemers vertellen waarom de extra aandacht hiervoor zo nodig is. En terecht! Er kwamen ook veel emoties bij: geen boosheid maar gewoon verdriet. Ook dat is heel begrijpelijk.
Maar misschien wordt het zo langzamerhand wel tijd om collectief boos te worden. We hebben systemen ontwikkeld die voor veel mensen niet meer te volgen zijn. Met complexe formulieren en aanvraagprocedures is de toegang tot zorg of ondersteuning nauwelijks in je eentje geregeld te krijgen. We willen alles digitaliseren terwijl breed bekend is dat er een aardig grote groep mensen hier niet mee overweg kan. Of sterker nog, er zelfs ook bang voor zijn. Bang om iets fout te doen waardoor ze financieel risico lopen of dat iets anders verkeerd gaat. Een ziekenhuis kiest ervoor om volledig cashloos te gaan werken. Dus als je nerveus een kopje koffie wil drinken in afwachting van je spannende onderzoek, kun je alleen elektronisch betalen. Maar hoeveel ouderen betalen eigenlijk met hun smartwatch? Of kan je vol vertrouwen het briefje met je pincode laten lezen omdat je zelf nou eenmaal de code niet kunt onthouden?
En in plaats van zelfredzamer te worden, zijn én voelen mensen zich steeds afhankelijker van anderen. Daarbij gaat het zeker niet alleen om laaggeletterde mensen, maar ook veel ouderen of mensen met een beperking voelen zich op deze manier nog steeds of steeds meer buitengesloten.
Wie stopt het wensdenken? De gedachte dat ons landje alleen bestaat uit slimme, rappe mensen die de hele wereld aankunnen? De gedachte dat met nog meer systemen de zaken vast wel makkelijker worden? Wie stopt de klok en neemt even de tijd om af te vragen waar we nu écht mee bezig zijn? Om dan, hopelijk, het tij te keren en te snappen dat een inclusieve samenleving betekent dat je álle mensen én hun mogelijkheden of beperkingen erkent.