Een inkomensafhankelijke energietoeslag, daar moet je niet aan denken

Vanwege de hoge gas- en elektriciteitsprijzen heeft het kabinet besloten tot verlaging van de energiebelasting, om zo de stijging van de energiekosten te matigen, en te voorkomen dat mensen in de kou komen te zitten. Het is maatschappelijk niet aanvaardbaar wanneer mensen een huis niet meer kunnen verwarmen omdat dat te duur is, zeker wanneer dat mede komt door hoge heffingen die juist zijn ingevoerd om aan te zetten tot zuinig gebruik. We willen ook dat ieder zijn kind naar school kan sturen, een dak boven zijn hoofd heeft en naar de dokter kan als dat nodig is. Daarom heeft de overheid daarbij een taak, al wordt die lang niet altijd toereikend vervuld.

Die taak heeft de overheid niet t.a.v. het bedrijfsleven. Daar is het juist wenselijk dat hoge gas- en elektriciteitsprijzen tot minder energiegebruik leiden, door andere wijzen van produceren, productie elders of het staken van de productie. Daarom is ook het systeem van verhandelbare emissierechten geïntroduceerd.

Generiek of specifiek?

De verlaging van de energiebelasting gaat voor ieder huishouden gelden, maar daar is niet iedereen het mee eens. Er zijn uiteraard genoeg mensen die de hogere energiekosten zelf wel kunnen betalen, en waarom zou je voor die dan ook de energiebelasting verlagen. Dat bezwaar hoor je ook regelmatig tegen de AOW, en je zou met dat argument ook een inkomensafhankelijk schoolgeld kunnen bepleiten.

Maar je moet je afvragen hoe we die inkomensafhankelijke compensatie gaan regelen. Moeten we allemaal ons inkomen opgeven aan het energiebedrijf, zowel voorafgaand aan het jaar als na afloop? Of zullen we de belastingdienst laten vaststellen hoeveel iedereen aan energiebelasting moet betalen? Die beschikken ten slotte over onze inkomensgegevens. Dat was het argument voor het invoeren van het toeslagenstelsel.

Je zou ook een energietoeslag kunnen verstrekken, gebaseerd op wat iedereen echt nodig heeft. Die toeslag gaat dan naar mensen met een laag inkomen en hoge stookkosten, die dan ook nog onvermijdbaar moeten zijn. Dan zijn de kosten voor de overheid zo laag mogelijk. Die toeslag zou gebaseerd moeten worden op het inkomen en op de noodzakelijke stookkosten. Voor dat laatste sturen we dan een ambtenaar naar iedereen die een toeslag aanvraagt, waarbij het niet alleen gaat om hoe groot het huis is en hoe goed geïsoleerd, maar ook om het leefpatroon.

Wie de hele dag thuis is krijgt een hogere toeslag dan wie een baan heeft, en wie reumatisch is krijgt ook iets extra’s. We vragen aan de huisarts welke temperatuur voor elke patiënt om medische redenen gewenst is. Het spreekt vanzelf dat we ook steeds nagaan of die gegevens nog actueel zijn. Wanneer er een verandering in de situatie plaatsvindt dient de bewoner dat binnen vier dagen te melden, anders moet de hele toeslag weer worden terugbetaald.

Bezwaren

Er zijn hier twee bezwaren tegen. In de eerste plaats maken we uit zuinigheid alles zo ingewikkeld dat mensen geen beroep meer op de regeling zullen doen en dan maar in de kou blijven zitten, want voor je het weet word je verplicht tot hoge terugbetalingen. Maar ook moet niet worden onderschat, dat wanneer de toeslag een inkomensafhankelijke afbouw krijgt, de marginale lastendruk toeneemt voor wie in het afbouwtraject zit. Die marginale lastendruk is voor veel mensen al heel hoog, juist voor mensen met betrekkelijk lage inkomens, veel hoger dan voor hoge inkomens waar alleen de hoogste schijf in de inkomstenbelasting relevant is.

Daarmee zou een inkomensafhankelijke compensatie van de energiekosten het voor veel mensen nog minder aantrekkelijk maken om extra uren te gaan werken. Wanneer de compensatie niet inkomensafhankelijk is voorkomt dat ook dat achteraf de toeslag weer moet worden aangepast omdat mensen meer zijn gaan verdienen, en ze om die reden geld moeten terugbetalen.

Ik denk daarom dat het heel verstandig is dat het kabinet gekozen heeft voor een inkomensonafhankelijke regeling, door de energiebelasting te verlagen onafhankelijk van het inkomen. Het zou heel redelijk zijn de kosten daarvan op termijn te dekken door verhoging van het hoogste tarief in de inkomstenbelasting. Dat drukt nu juist op degenen die de verlaging van de energiebelasting niet nodig hebben.

Door Paul Bordewijk

Ook interessant om te lezen:

Inloggen


Sluit venster