De mens uit het zicht

Verkiezingscampagne

De laatste weken voor de landelijke verkiezingen konden we horen wat de landelijke politici de komende jaren voor Nederland willen realiseren, maar over de vraag hoe ze dit willen bereiken en of hun voorstellen überhaupt uitvoerbaar zijn werd nauwelijks gesproken.

Verhouding tussen politiek en burger

Zo wordt er al heel lang gesproken over meer maatwerk en minder bureaucratie bij de dienstverlening van de overheid. De verhouding tussen overheid en burger staat al jaren onder druk. In de jaren ’80 zette de politiek in op een efficiëntere overheid en werd de burger beschouwd als kostenpost. Hierdoor werd de afstand tussen overheid en burger groter. Onder de kabinetten Balkenende werd de focus verlegd naar meer zelfredzaamheid, omdat men vond dat mensen te snel een beroep deden op steun van de overheid. Dit had voor mensen die graag willen meedoen in de samenleving maar hierbij ondersteuning nodig hebben vaak nadelige gevolgen. Na de Bulgarenfraude in 2013 benaderde de overheid burgers steeds meer op basis van wantrouwen, De burger werd van een kostenpost, een verwende burger en vervolgens een potentiële fraudeur. De Toeslagenaffaire heeft laten zien waar dit toe kan leiden.

Nauwelijks geslaagde Participatiewet

Dat de verhouding tussen burger en overheid onder druk staat blijkt onder andere uit de wijze waarop de Participatiewet de afgelopen jaren is uitgevoerd. Uit de eindevaluatie van het Sociaal Cultureel Planbureau van de Participatiewet blijkt dat de doelstellingen uit deze wet nauwelijks zijn  behaald. Voor de mensen die voorheen recht hadden op een plek bij een sociale werkplaats daalde de kans op een reguliere baan. De arbeidskansen voor mensen met arbeidsvermogen stegen weliswaar, maar hun inkomenspositie verslechterde en het betrof voornamelijk tijdelijk werk. Ook bleek uit de evaluatie dat maar een minderheid van de doelgroepen de steun vanuit de sociale diensten als een bijdrage ervaarden bij het vinden van een baan.

Eigen ervaring

Nadat ik mijn studie Bestuurskunde had afgerond was het een pittige opgave om een baan te vinden. Omdat ik hoger opgeleid ben, kreeg ik hierbij geen ondersteuning. Enigszins logisch, maar hoe vertel je jouw toekomstige werkgever dat je ondanks je beperking ook over talenten beschikt? Verberg je je beperkingen zoveel mogelijk om vooral je talenten naar voren te laten komen, of ben je vanaf het begin heel open over je beperkingen om zo eerlijk mogelijk te zijn? Hierbij is het opmerkelijk dat overheidsbeleid de arbeidsparticipatie voor mensen met een beperking juist bemoeilijkt.

Mijn volgende ervaring is hier exemplarisch voor. Ik had enige tijd geleden twee deeltijdbanen. Voor het woon-werkverkeer maakte ik gebruik van een aangepaste auto die deels door het UWV wordt gefinancierd. Ik dreigde mijn vervoermiddel echter kwijt te raken, omdat ik te dicht bij mijn werk woonde en daardoor te weinig kilometers maakte. Ik ben toen vol motivatie gaan solliciteren om een baan te vinden die verder van mijn woonplaats ligt. Echter, ik kreeg maar zeer kort de tijd om een dergelijke baan te vinden. Ik begrijp heel goed dat een vervoersvoorziening duur is, maar hoe kan de overheid zoveel druk leggen op een persoon die juist zo graag wil participeren? Gelukkig heb ik op tijd een baan kunnen vinden bij de werkgever waar ik nog steeds met veel plezier werkzaam ben.

Oplossingsrichting

De overheid dient te komen tot een meer menselijke maat, waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat ieder persoon anders is. Zoveel mogelijke situaties in regels proberen te gieten is niet de juiste manier om dit te bereiken, dit levert namelijk alleen maar meer bureaucratie op. Ik denk dat het beter is om algemene uitgangspunten te formuleren voor de uitvoering van beleid. Hiermee krijgen de mensen die in de zorg, sociale zekerheid en andere publieke domeinen werken de ruimte om maatwerk te bieden. Om de situatie waarin burgers zich verkeren scherp op het vizier te hebben moeten deze publieke dienstverleners zoveel mogelijk in direct contact met hen staan. Hiermee kunnen signalen van fraude ook eerder worden herkend. Hiernaast zou toegankelijkheid de norm moeten zijn op alle leefgebieden, zoals onderwijs, wonen, vrije tijd, openbaar vervoer en werk. Nu worden oplossingen nog te vaak los van het reguliere georganiseerd. Hiermee wordt deelnemen aan de maatschappij voor mensen met beperking onvoldoende gefaciliteerd.

Door: Mark Homan, Bestuurslid Vereniging Cerebrale Parese Nederland.

Ook interessant om te lezen:

Inloggen


Sluit venster