Volgens internationale afspraken moet er een landelijke dienst zijn die 'werk voor iedereen' regelt. Waar beleid, advies en ondersteuning samenkomen, voor een goed functionerende arbeidsmarkt. Maar in de organisatiewet Structuur Werk en Inkomen (SUWI) zien we daar weinig van terug. Sterker nog: de uitwerking is fnuikend voor een goede arbeidsvoorziening. Tijd voor bezinning.
De regering onderzoekt momenteel of de wet SUWI zijn doelen bereikt (zie kader Onderzoek SUWI). Daarop vooruit lopend kan een van de conclusies al zijn dat in deze wet de arbeidsvoorzieningsfuncties onvoldoende tot hun recht komen. En dat terwijl het belang van een goede arbeidsvoorziening groot is. Daardoor ontstaan er knelpunten. Bepaalde functies verdienen daarom wellicht versterking, zeker met het oog op de toekomst.
Arbeidsvoorziening
Elk land dat het ILO-verdrag (International Labour Organisation) ondertekent, zoals Nederland, verplicht zichzelf arbeidsvoorzieningsfuncties te ontwikkelen: 'Teneinde de economische groei en ontwikkeling te bevorderen, de levensstandaard te verhogen, in de behoefte aan arbeidskrachten te voorzien en het vraagstuk van de werkloosheid en onvolledige werkgelegenheid op te lossen, dient ieder Lid als voornaamste doelstelling na te streven het opstellen van een actief beleid, gericht op de bevordering van volledige en productieve en in vrijheid gekozen werkgelegenheid.'1 Dit beleid moet ervoor zorgen dat: