De nieuwe beleidsregels terug- en invordering zijn afgelopen maart vastgesteld door het college B&W van de gemeente Nijmegen. Het beleid, en met name de uitvoering rondom debiteuren, kan lastig zijn; je bent als gemeente zowel schuldeiser als schuldhulpverlener. Het is belangrijk om daarin met de juiste afstemming en samenwerking tot een balans te komen.
Het besluit over kwijtschelding is een van de stappen in het traject dat de gemeente doorloopt rondom de bijstandsdebiteuren. Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande, zoals de beslagvrije voet, die om genoemde samenwerking en afstemming vragen. Het college heeft met het vaststellen van de nieuwe beleidsregels besloten om ook vorderingen die zijn ontstaan uit schending inlichtingenplicht (ook wel fraudevorderingen) actief kwijt te schelden na een periode van 120 maanden aflossen. Dit werd al actief gedaan bij vorderingen die niet zijn ontstaan uit schending inlichtingenplicht, maar dan na 36 maanden aflossen. Dit betreft bijvoorbeeld een lening bijzondere bijstand of te veel verstrekte bijstand. Het beleid rondom de terug- en invordering van vorderingen is vastgelegd in de beleidsregels Bijstandverlening zelfstandigen. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen vorderingen bedrijfskapitaal (onder de voorwaarden recht op kwijtschelding na 60 maanden aflossen) en levensonderhoud (bij fraude: 120 maanden, geen fraude: 36 maanden).
Overtuiging
Volgens het 'oude' beleid hadden debiteuren met een fraudevordering ook recht op kwijtschelding na 120 maanden aflossen, maar dan alleen op aanvraag. Het belangrijkste punt in de beleidswijziging is dus dat de gemeente Nijmegen dit actief gaan kwijtschelden, omdat: