Met de brede schulden aanpak geeft het huidige kabinet blijk van serieuze aandacht voor armoede en schulden. Ook in de Meerjarenagenda Toekomst Beschermd Wonen en Opvang, specifiek voor de cliëntengroep van de Federatie Opvang, is armoede en schulden als thema opgenomen. Maar het is de vraag of dit voldoende is voor een afdoende oplossing.
Na een aantal zeer duidelijke en kritische rapporten van onder andere de WRR1 en Nationale Ombudsman2, onderneemt het kabinet actie. De staatssecretaris van SZW Tamara van Ark gaat daarin een stap verder dan haar voorganger Klijnsma. Er is een zeer brede samenwerking tussen departementen, plus tal van andere partijen – van NVVK tot CJIB en Schuldhulpmaatje – en bovendien een zeer uitvoerig plan. Van Ark schetste de ernst van de situatie in een brief aan de Tweede Kamer. Er zijn bijna 1,4 miljoen huishoudens met problematische schulden of het risico daarop. Slechts 193.000 huishoudens zijn bekend en geregistreerd bij schuldhulpverlenende instanties of via wettelijke schuldsanering natuurlijke personen. De brede schulden aanpak is dus zeer noodzakelijk.
Ontwricht
Maar wat gaat deze brede aanpak opleveren? Of liever gezegd, wat gaat het de meest kwetsbare mensen opleveren, waaronder onze – potentiële – cliënten? Het gaat vaak om forse schulden. Wat te denken van veertigduizend euro aan schulden met een minimuminkomen? En hoe zit het met de vreemde verhouding tussen daadwerkelijke schulden en het resterende bedrag van administratieve kosten, verhoging van boetes; soms tot wel zestig procent? De NVVK geeft aan dat mensen met financiële problemen gemiddeld pas na vijf jaar bij de gemeentelijke schuldhulploketten aankloppen. Schaamte speelt daarbij een grote rol. Voor opvang (met name) en beschermd wonen cliënten is er vaak bijna tien jaar verstreken, voordat ze bij ons aankloppen.