Toen in maart de lockdown in Nederland een feit werd, was al snel duidelijk dat dit financiële gevolgen zou hebben. Hoewel grote problemen vooralsnog uitblijven, is er reden tot zorg. Jongeren, zelfstandigen en flexwerkers zijn kwetsbaar. Gemeenten en private partijen moeten samen optrekken om deze groepen tijdig te bereiken.
Het Nibud onderzocht in maart 2020 hoe huishoudens er financieel voor stonden. Dat gebeurde in de daaropvolgende maanden nog twee keer. Al in maart is te zien dat bijna een vijfde van de respondenten te maken heeft met een terugval in inkomen. Dat beeld blijft in de maanden daarna nagenoeg hetzelfde. Niet alle groepen worden echter in dezelfde mate getroffen. Uit de laatste peiling in juni blijkt dat van de werkenden met een tijdelijk of vast dienstverband ongeveer 13 procent in inkomen achteruit is gegaan sinds het begin van de coronacrisis. De inkomensterugval treft vooral zelfstandigen en werknemers met een flexibel dienstverband. Ruim 40 procent van hen is al kort na het begin van de crisis in inkomen achteruit gegaan. Uit de laatste peiling in juni 2020 blijkt dat dit niet zozeer komt door het volledige verliezen van werk, maar doordat het overgrote deel van de zzp'ers en werknemers met een flexibel dienstverband (resp. 76 en 80 procent) minder uren is gaan werken.
Jongeren
Een groep die er in de eerste en tweede Nibud-peiling in het bijzonder uitspringt, zijn de jongeren en jongvolwassenen. Bijna een derde van de jongeren tot 25 jaar had in maart al te maken met een inkomensterugval. In mei werd het beeld bevestigd dat jongeren en jongvolwassenen (tot 35 jaar) meer dan gemiddeld te maken hebben met een terugval in inkomen door minder werk of volledig baanverlies. Recentelijk heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerd dat het aantal bijstandsontvangers onder jongeren tot 27 jaar ruim 5 procent hoger lag dan vorig jaar. Deze ontwikkeling valt vooral te verklaren door hun positie op de arbeidsmarkt. Al eerder wees de Sociaal-Economische Raad op de onzekere positie van jongeren. Zij zijn vaak aangewezen op flexibel werk en krijgen steeds later een vaste baan. En zoals gezegd zijn het juist de flexwerkers die als eerste geraakt zijn door de crisis.