In 2016 onstond in Purmerend het initiatief voor een 'werkschuur'. Het idee was dat jongemannen en gepensioneerden daar samen zouden werken aan vakmanschap. Het initiatief kwam echter moeizaam van de grond. Uit het onderzoek naar de gang van zaken valt een schat aan lessen te trekken.
Wat kun je bieden aan opgroeiende jongeren die dreigen uit te vallen of al uitgevallen zijn zonder startkwalificatie? Hoe spreek je hen aan op talenten en krachten? Op die vragen trachtte het Purmerendse initiatief van de 'werkschuur' een antwoord te formuleren. De ambitie was dat jongemannen er samen met gepensioneerde mannen zouden werken aan vakmanschap en economische en sociale verbindingen, die zouden bijdragen aan veerkracht en maatschappelijke participatie. In die zin is de werkschuur vergelijkbaar met andere initiatieven in Nederland, waar ook wordt geprobeerd jongeren binnenboord te houden door het aanbieden van leerwerkplekken waar jongeren een vak kunnen leren. Bijvoorbeeld de Pouwerschool in Utrecht of het Vakhuis in Rotterdam, allebei vormen van praktijkonderwijs.
Onderzoek
In het kader van de Werkplaats sociaal domein Amsterdam, waar Purmerend onderdeel van uitmaakt, is de start van de werkschuur gefaciliteerd en gevolgd. Dit artikel is gebaseerd op de bevindingen van de onderzoeker en de andere betrokkenen. In tegenstelling tot artikelen waar 'goede' of 'beloftevolle' praktijken worden beschreven, beschrijven we in dit artikel een praktijk die niet op gang kwam, en wat dit dan toch heeft opgeleverd. Het bleek in Purmerend niet gemakkelijk om het idee van een werkschuur van de grond te laten komen. Maar de bevindingen uit het onderzoek tijdens de opstartfase zijn daardoor des te interessanter. Want van dingen die niet lukken valt minstens zo veel te leren als van successen, zo niet meer. Ook al is het project niet zo geworden als vooraf bedacht, veel betrokkenen hebben wel degelijk baat gehad bij hun participatie in het project. En achteraf blijkt er ook waardevolle bijvangst gerealiseerd.