De wonderlijke banenafspraak is een succes, breek hem open

125.000 nieuwe banen voor mensen met een arbeidsbeperking tussen 2015 en 31 december 2026. Dat is het doel van de Banenafspraak. Werkgevers, overheid en markt samen, liggen op koers. Gebruik deze formule om meer mensen aan een baan te helpen.

De Banenafspraak is gemaakt in 2013 en opgenomen in een sociaal akkoord. Of de onderhandelaars zelf geloofden in deze afspraak, vertelt de geschiedenis niet. Tot dan toe behaalde resultaten van banenplannen gaven weinig aanleiding tot vertrouwen.

Maar de afspraak was gemaakt. Nu zijn we halverwege en kijk ik terug en vooruit. Terugkijkend: het wonder is geschied. 66.000 mensen met een arbeidsbeperking gaan elke dag naar hun werk binnen het kader van deze afspraak. Zelfs corona heeft dat niet tegen kunnen houden. Ondanks tijdelijk stagnerende groei, trekt het aantal banen - net als op de ‘reguliere’ arbeidsmarkt – weer aan.

De overheid loopt nog 5200 banen achter, maar komt nu op stoom en behaalde in 2020 na jaren weer hun jaartarget.

Aart van der Gaag

In het eerste jaar 2015 werden er meteen 16.000 meer mensen geplaatst bij het bedrijfsleven, 9000 meer dan de doelstelling. Die voorsprong is wat geslonken. Maar nog steeds scoort het bedrijfsleven boven het cumulatief te behalen getal. De overheid loopt nog 5200 banen achter, maar komt nu op stoom en behaalde in 2020 na jaren weer hun jaartarget.

Arbeidswonder

Ik durf het een arbeidswonder te noemen. Vrijwel niemand geloofde dat het mogelijk was om een dergelijke ambitieuze doelstelling te behalen. Het was welbeschouwd ook een rare afspraak. Al was het maar omdat de afbakening van het begrip arbeidsbeperking binnen de Banenafspraak (‘niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen’) zo curieus is. Dus niet de groep die onder definitie arbeidshandicap van het VN-verdrag valt, niet de WIA-gerechtigden en ook niet de man of vrouw die al 15 jaar in de bijstand zit en weinig kansen heeft om aan het werk te komen.

Curieus aan de Banenafspraak was ook dat eigenlijk niks klopte: de regelingen, de subsidies, de voorzieningen, de loonwaardebepalingen tot ver achter de komma, allemaal zijn of waren ze zo complex dat menig werkgever afhaakte. De gemeenten kregen minder geld en moesten alles nog leren. Per gemeente verschilde en verschilt de toepassing van regelingen en subsidies: behoren jongeren onder de 27, die nog thuis wonen en geen recht op uitkering hebben, tot de doelgroep? Elke gemeente geeft een ander antwoord.

En misschien het ergste: de bestanden met werkzoekenden zijn ondoorzichtig, niet toegankelijk en niet van profielen voorzien. Ga er maar aan staan als werkgever! Dat het desondanks gelukt is, durf ik wel een wonder te noemen.

Geheim

Is er een geheim? Om te beginnen is het natuurlijk een sympathieke doelstelling. Iedereen kent wel iemand met een beperking en niemand is er tegen om mensen met een beperking aan werk te helpen. Heel veel bedrijven waren ook eigenlijk al inclusief. Al lieten en laten ze zich er niet op voorstaan.

Is er een geheim? Om te beginnen is het natuurlijk een sympathieke doelstelling.

AART VAN DER GAAG

Uit deze groep rekruteerden we bijna 150 ambassadeurs, die door het land trokken om collega werkgevers te overtuigen dat inclusie kan en gewoon leuk is om te doen. Dat hielp. Wellicht speelde de quotumdreiging ook een rol. Ik weet het niet zeker. Nu praten we er nooit meer over. Ook was en is er continue samenwerking met UWV. Er zijn veel gemeenten die hun beste beentje voortzetten. Zelfs het ministerie deed zijn best na signalen van ons (inmiddels geldt bijvoorbeeld de no-riskpolis wel voor de gehele doelgroep en vallen VSO schoolverlaters wel onder de regels).

Het grootste succes is echt te danken aan de intrinsiek gemotiveerde werkgever. Het aantal prachtige voorbeelden is letterlijk te groot om op te noemen, maar je kan ze vinden bij de politie én bij de IND, op een hogeschool of in een ziekenhuis, bij de supermarkt of het kleine productiebedrijf.

Er zijn duizenden voorbeelden. Daarom organiseren we nu trouwens ook de Maand van de 1000 Voorbeelden, een gelegenheid om de bedrijven en organisaties die het doen, dienstverleners, wethouders en natuurlijk de gedreven doelgroep te ontmoeten. Loop je rond op een van onze manifestaties dan snap je pas waarom het gelukt is. Het klinkt soft, maar het is wel waar. Ook uit veel onderzoek blijkt dat inclusie uiteindelijk een kwestie is van gewoon beginnen.

Halverwege en nu verder

Kijken we vooruit. Gaan we in 2026 de doelen uit de Banenafspraak halen? Natuurlijk. Daar geloof ik in. Zelfs met alles wat er niet klopt aan regels en definities. De inclusieve beweging is op gang en is niet te stoppen.

Er kan nog wel veel beter. De SW detacheert nu minder naar nieuw ontstane vacatures. Dit omdat de instroom bijna op nul staat. Het zou goed zijn als deze ontwikkelbedrijven weer meer ruimte krijgen om bredere groepen met achterstand in dienst te nemen, te scholen, te detacheren en bij eventuele stopzetting van de detachering weer terug te nemen en een nieuwe plek te zoeken zonder dat de betrokkene in onzekerheid terugvalt.

De regelingen kunnen overduidelijk beter en simpeler en de bestanden transparanter, maar de inclusieve werkgevers gaan door. Circa 12% van de werkgevers geeft bewust kansen aan mensen met een arbeidsbeperking. Daarnaast is er natuurlijk nog een grote groep inclusieve koplopers op andere gebieden, bijvoorbeeld ouderen of statushouders.

Nog steeds op koers

Ook de politiek zou meer interesse in dit belangrijke arbeidsmarktonderwerp kunnen tonen. Vooral het controversieel verklaren van voorgenomen vereenvoudigingen (het breed offensief van Tamara van Ark) ligt me zwaar. Werkgevers zitten met de brokken omdat de coalitie bang was dat de oppositie de hele participatiewet op de helling zou zetten bij de behandeling van dit onderwerp.

Die 125.000 banen halen we ook echt wel, maar dat is niet genoeg.

AART VAN DER GAAG

En laat er ook eens wat minder zuur over dit banenplan bericht worden. Dan lees ik ‘doelstelling in 2020 niet gehaald’. Doe eens wat vrolijker: ondanks corona en de slechte regelingen waarmee de werkgevers zijn opgezadeld is, liggen we nog steeds op koers.

Het resultaat telt. Die 125.000 banen halen we ook echt wel, maar dat is niet genoeg. Het is nu aangetoond dat een aanpak zonder fratsen werkt. Banenplannen kunnen functioneren als er maar geen convenanten, toezichthouders, klankbordgroepen et cetera zijn. Laten we daarom de doelgroep verbreden (VNO-NCW heeft zich al uitgesproken voor een nieuwe doelstelling van 200.000 banen). Want de kans op werk alleen beperken tot mensen met deze te precies gedefinieerde arbeidsbeperking is echt te beperkt.

Aart van der Gaag is boegbeeld en inspirator van de projecten ‘Op naar de 100.000 banen’ & ‘Op naar de 25.000 banen’, initiatieven van werkgeversorganisaties en ministeries om werkgevers te enthousiasmeren rond de Banenafspraak. Van der Gaag is al zijn hele leven betrokken bij de onderkant van de arbeidsmarkt. Na een studie bedrijfseconomie was hij onder meer werkzaam bij de voorganger van CEDRIS, directeur van het Arbeidsbureau Utrecht en van Start Uitzendbureau, een tripartite stichting met als doel mensen zonder werk via uitzenden naar een ( vaste ) baan te brengen. Daarnaast werkte hij ook voor de commerciële uitzendwereld in diverse directiebanen.

Ook interessant om te lezen:

Inloggen


Sluit venster