Column: Geef juist nu vorm aan een inclusieve samenleving

De coronacrisis heeft in korte tijd veel schade aangericht. De cijfers van het aantal besmettingen en de dodelijke slachtoffers komen apocalyptisch over, en de verhalen achter deze cijfers zijn zeer aangrijpend. Het beroep op zorgverleners nam enorm toe en het belang van hun werk werd ineens zichtbaar voor een breed publiek. Plotseling werden we allemaal met de kwetsbaarheid van het leven geconfronteerd: iedereen kan afhankelijk worden van zorg.

Vangnet behouden

Om kwalitatief goede zorg en een sociaal vangnet te kunnen behouden voor toekomstige generaties, waren het afgelopen decennium hervormingen nodig. Die werden doorgevoerd onder de noemer ‘participatiesamenleving’ en richtten zich in de praktijk vooral op het reduceren van kosten. Helaas is in het debat dat eraan voorafging naar mijn mening te weinig aandacht geweest voor de vraag hoe een dergelijke samenleving eruitziet.

In de weg

Bij de hervormingen was de belofte dat iedereen zorg in of nabij de eigen woonomgeving zou krijgen, maar dat ging gepaard met bezuinigingen op thuiszorg. Er werd een nog groter beroep gedaan op het netwerk van mensen met een zorgvraag en dat heeft geresulteerd in een toename van het aantal overbelaste mantelzorgers. Ook is de bureaucratie toegenomen en dat zit het leveren van maatwerk in de weg.

Zelfstandig rijden

Een soortgelijk gebrek aan maatwerk heb ik zelf ervaren bij het UWV. Door ingenieuze aanpassingen is het voor mij, ondanks het feit dat ik licht spastisch ben, mogelijk om auto te rijden. Om zelfstandig naar mijn werk te kunnen reizen financiert het UWV deels mijn auto met bedieningsaanpassing. Heel mooi, en wat dat betreft prijs ik mij gelukkig dat ik in Nederland woon.

Woon-werkverkeer te kort

Ik heb bestuurskunde gestudeerd en omdat ik hoger opgeleid ben, gaat de overheid ervan uit dat ik geheel zelfstandig werk kan vinden. In theorie klopt dit. Maar door mijn lichamelijke beperking ligt mijn werktempo iets lager in vergelijking met de gemiddelde werknemer en heb ik een urenbeperking. Dat weerhield een aantal organisaties ervan om mij in dienst te nemen. Uiteindelijk heb ik toch een baan gevonden. Maar na enige tijd bleek de afstand van mijn woon-werkverkeer te kort voor het UWV om mijn auto te blijven financieren.

Deadline UWV

Omdat het werk dat ik toen deed onvoldoende bij mijn studieachtergrond paste, en ik de vrijheid van autorijden wilde behouden, ook voor mijn sociale leven, deed ik er alles aan om een baan met voldoende reisafstand te vinden. Het UWV stelde een deadline en ik vreesde mijn bewegingsvrijheid kwijt te raken. Gelukkig vond ik net op tijd een andere baan. Ondanks dat ik begrijp dat de financiering van woon-werkverkeer veel geld kost, begrijp ik nog steeds niet waarom het UWV zo star met dergelijke situaties omgaat. Gemotiveerde mensen horen toch niet te worden tegengewerkt in een ‘participatiesamenleving’?

Nu is het moment

Door de coronacrisis zullen de begrotingstekorten bij de overheid oplopen en uitgaven voor het sociaal domein in heroverweging worden genomen. Dit vraagt een breder perspectief dan alleen het financiële. Naast de vraag wat we van burgers verwachten, gaat het ook om de vraag hoe we mensen, vooral met een beperking of chronische ziekte, in positie kunnen brengen om volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Hoe kunnen we talenten benutten in plaats van te veel de nadruk te leggen op beperkingen? Is het handicap die beperkt, of ligt het aan de inrichting van de maatschappij? Alleen door na te denken over dergelijke vragen kan de inclusieve samenleving vorm krijgen. Nu we een weg zoeken uit de coronacrisis, is dit bij uitstek een moment om deze vragen te stellen. Mark Homan is beleidsmedewerker duurzaamheid en arbeidsparticipatie bij de gemeente Heerhugowaard/Langedijk.

Ook interessant om te lezen:

Er zijn geen berichten gevonden

Inloggen


Sluit venster