Kanker wordt langzamerhand een chronische ziekte. Door de sterk verbeterde diagnostiek en behandelmethoden stijgt de overlevingskans, ook bij mensen in de werkende leeftijd (18-65 jaar). De afdeling Sociale Geneeskunde van VUmc organiseerde eind 2016 een academiseringsdag over kanker en werk. De betrokken onderzoekers en een re-integratieprofessional vertellen.
‘Er zijn nu jaarlijks zo’n 105.000 mensen in Nederland die kanker krijgen. Doordat niet alleen de overlevingskans stijgt, maar ook de pensioenleeftijd, zijn daar steeds meer werkenden bij’, aldus verzekeringsarts Peter van Muijen.1 ‘Dat kun je ook zien aan de instroom in de uitkeringen wegens kanker: in 2006 ontving UWV ruim 2200 nieuwe aanvragen voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering vanwege deze diagnose. Tien jaar later is dit aantal verdubbeld.’ Senior onderzoeker Saskia Duijts2: ‘Veertig procent van de mensen die de diagnose krijgen, is in de werkende leeftijd. Daarvan blijkt één jaar later bijna twee derde weer aan het werk te zijn. Werken is dus echt mogelijk, en onderzoek kan helpen om patiënten daarin te ondersteunen.’
Belang
Onderzoeker Martine van Egmond3: ‘In een participatiesamenleving moet je het werken voor mensen met een chronische ziekte faciliteren. Je leven oppakken na de diagnose kanker is niet gemakkelijk. Veel mensen hebben de neiging om het werk na de diagnose op een laag pitje te zetten. En dat terwijl werken de kwaliteit van leven kan verbeteren. Je komt onder de mensen, houdt structuur en je voelt je niet alleen patiënt, maar ook werknemer en collega. Bovendien blijkt dat werken het herstel bevordert. Het is dus niet goed om te wachten op volledig herstel voordat je als werkende met kanker je werk hervat.’ Duijts vult aan: ‘Bedrijfsartsen en andere zorgverleners zijn daarvan vaak nog onvoldoende doordrongen. Veel van hen zeggen nog steeds: neem rustig de tijd voor je het werk hervat. Maar daardoor loopt re-integratie meteen vertraging op. Met alle gevolgen van dien.’