Sinds de invoering van de Wet SUWI[1] in 2002 is de kern van het stelsel ongewijzigd gebleven, terwijl de wereld rondom werk en inkomen in die periode aanzienlijk is veranderd. Moet de wijze waarop de taken en verantwoordelijkheden in het SUWI-stelsel worden uitgevoerd niet meebewegen met externe ontwikkelingen? Een toekomstverkenning.
DOOR Mirjam Engelen, Paul de Ruijter, Renate Kenter en Jolanda van Heijningen
Om hier een antwoord op te kunnen geven, heeft het verkenningsteam van De Ruijter Strategie in samenwerking met De Beleidsonderzoekers in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de toekomst van het SUWI-stelsel richting 2030 verkend. In het eind maart aan de Tweede Kamer[2] gestuurde rapport Toekomstverkenning Uitvoering werk en inkomen 2030 hebben de verkenners een reis door de tijd gemaakt. Er zijn, aan de hand van een terugblik vanuit de toekomst, vijf robuuste ontwerprichtingen voor de toekomstige uitvoering beschreven. Tot op heden wordt de uitvoering van de sociale zekerheid stapsgewijs aangepast als er problemen optreden. Dit heeft ertoe geleid dat het stelsel in de loop der jaren steeds complexer is geworden. Deze complexiteit maakt het stelsel burgeronvriendelijker en foutgevoeliger.
