Op 20 november 2018 viel hij op de mat: de brief van Staatssecretaris Van Ark inzake de uitwerking van een Breed offensief om meer mensen met een beperking aan het werk te helpen. En eerlijk is eerlijk: het is op zich een prima brief, de houding is goed. Daarbij is de staatssecretaris niet blind voor het feit dat de vertreksituatie van partijen soms verschilt. Zij laat de ruimte om in de uitwerking nader tot elkaar te komen. In de G40 themagroep sterke keten van leren, werken en ondernemen is het merendeel van de G40 wethouders Werk en Inkomen vertegenwoordigd. Zij geven met hun input een belangrijke bijdrage aan het formuleren van de vertreksituatie van de grote gemeenten, die ik vervolgens als voorzitter in diverse gremia uitdraag.
Eén van de activiteiten van het brede offensief is Perspectief op Werk. Doel daarvan is om mensen vanuit de bijstand en de UWV aan het werk te krijgen door harde afspraken te maken met werkgevers in de arbeidsmarktregio. Werkgevers geven garantie op een baan wanneer de kandidaat werkfit is. Dat hoeft geen startkwalificatie te zijn, maar iemand moet wel gemotiveerd zijn en in staat om te werken. Voor gemeenten geeft dit enerzijds de kans om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een reëel perspectief te geven en vraagt het anderzijds de inspanning om mensen werkfit te maken en te werken aan matching.
Inzet
De houding van de gemeenten is positief om samen met werkgevers en UWV de mogelijkheden te vergroten om mensen met afstand tot arbeidsmarkt aan het werk te helpen en hierbij gebruik te maken van de huidige krapte op de arbeidsmarkt. Als het nu niet lukt, dan lukt het in tijden van laagconjunctuur zeker niet. Om dit te laten slagen is het belangrijk dat regio's vrijheid krijgen om met werkgevers de intensivering concreet vorm te geven: zij weten hoe de arbeidsmarkt in de regio werkt. Bovendien lopen er in de verschillende arbeidsmarktregio's al diverse trajecten. Het is wenselijk om deze trajecten goed af te stemmen en zo mogelijk in elkaar te schuiven, zodat er geen dubbelingen ontstaan en het overzicht wordt bewaard. In alle arbeidsmarktregio's is op dit moment al veel inzet om mensen aan het werk te krijgen. We weten ook dat de doelgroep uit onze bestanden die nu 'aangeboord' wordt een grotere afstand tot de arbeidsmarkt heeft. Het vraagt serieuze inzet om de doelgroep waar het om gaat richting werk te helpen. Deze groep heeft langdurige ondersteuning nodig. Veelal zal een permanent beroep op de Participatiemiddelen voor bijvoorbeeld jobcoaching nodig zijn. Hier lopen gemeenten tegen hun financiële grenzen aan. Te vaak moeten namelijk ook al de tekorten voor de Wsw en het nieuwe beschut werk uit het P-budget worden betaald, waardoor er weinig rek is voor structurele verplichtingen voor andere doelgroepen.