Informatievoorziening heeft niet bepaald een sprankelend imago: noodzakelijk, ingewikkeld en saai. Maar informatievoorziening is cruciaal voor fascinerende nieuwe technologieën die de zorg efficiënter, transparanter en echt klantgericht kunnen maken. Buiten Nederland gebeurt dit al volop. Waarom lukt dit bij ons niet? Wat is nodig om die nieuwe diensten sneller te omarmen?
Het veel gehoorde antwoord is dat onze basisinfrastructuur de verkeerde vorm heeft. De inrichting van onze informatievoorziening is gebaseerd op een estafettemodel en dat belemmert voor een groot deel de introductie van nieuwe technologieën die een verschil kunnen maken in de zorg. We zouden een netwerkmodel nodig hebben, maar zijn daarvoor afhankelijk van andere organisaties.
Dat antwoord roept weer nieuwe vragen op. Is het estafettemodel werkelijk blokkerend? Waarom dan? Wat belemmert de ontwikkeling naar een netwerkmodel? En hoe erg is dat?
Technologische ontwikkelingen bieden veelbelovende mogelijkheden in de informatievoorziening. Denk aan sensoren in domotica, mobiele apparaten, wearables, exoskeletten die invalide mensen helpen te lopen, implantaten die het leven van Parkinson patiënten weer leefbaar maken en die een stroom aan gegevens genereren. Als die informatie onder de juiste condities wordt opgeslagen, kunnen de gegevens eenvoudig hergebruikt worden met behoud van de privacy. De klant krijgt makkelijk en veilig toegang tot zijn eigen gegevens. Gegevens die helpen bij het redden van andermans levens. Via kennissystemen kunnen de (geanonimiseerde) gegevens als big data ingezet worden voor analyses, diagnoses, fraudebestrijding en beleidsvoorbereiding.