Op 1 juni 2017 hebben Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en Minister Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) de Tweede Kamer geïnformeerd over de tijdens deze kabinetsperiode gevoerde ‘Aanpak Jeugdwerkloosheid’.
De bewindslieden geven in hun brief aan dat zij de afgelopen jaren samen met gemeenten, UWV, scholen en werkgevers keihard gewerkt hebben om jongeren aan het werk te helpen. Het jeugdwerkloosheidspercentage is voor het eerst sinds augustus 2011 weer onder de tien procent gekomen en het aantal werkende jongeren is op het hoogste punt in zeven jaar.
Beide ministers schrijven in hun brief aan de Kamer dat moet worden voorkomen dat de tweedeling tussen jongeren die makkelijk aan het werk komen en jongeren die daar meer moeite mee hebben groter wordt. Of zoals het SCP schreef: een mogelijke scheidslijn in de toekomst ligt niet zozeer tussen de haves en de havenots, maar tussen de cans en de cannots.
De afgelopen jaren is er veel gedaan om werkloze jongeren een goede start te bieden door werkloze jongeren door middel van ‘Matchen op werk’ aan het werk te helpen. Daarnaast is samen met scholen gewerkt om jongeren voor te bereiden op hun keuze voor een passende vervolgopleiding en op hun eerste stap naar de arbeidsmarkt in de ‘City Deal Aanpak Jeugdwerkloosheid’, die vooral gericht was op jongeren met een migrantenachtergrond uit achterstandsbuurten in steden.