Hardop denken over beroepsregistratie

Als voorzitter van een jonge beroepsvereniging heb je veel dingen aan je hoofd. Ledenwerving, contacten leggen voor de naamsbekendheid, meerwaarde creëren voor de leden. Maar vooral: zoeken naar wegen om te zorgen dat het vak de erkenning krijgt die nodig is om als professionals te kunnen functioneren. Met voldoende ruimte om maatwerk te kunnen leveren aan de mensen die onze hulp nodig hebben bij het vinden van aansluiting op de arbeidsmarkt. Die erkenning komt niet vanzelf. Die moeten we verdienen.

Wie de ontwikkeling van Het Huis van de Sociaal Werker een beetje volgt, ziet dat Movisie daarbij vooral de promotie van het vak voor ogen heeft. Het huis dient twee doelen; laten zien dat het vak van sociaal werker belangrijk is en zorgen dat de sociaal werkers dat zelf ook zien en verantwoordelijkheid nemen voor de kwaliteit en de ontwikkeling van hun beroep. De beroepsvereniging van klantmanagers is met hetzelfde doel opgericht. Sinds het verschijnen van de documentaire ‘Sta me bij’ ligt de bewijslast, dat we echt wel weten wat we doen, bij ons als beroepsgroep. Maar tot nu toe laten onderzoeken nog slechts zien dat we als klantmanagers nauwelijks onderbouwd werken of wetenschappelijke kennis toepassen. Waarbij het nog maar de vraag is in welke mate klantmanagers zelf kunnen bepalen hoe ze hun werk doen.

Een beroepsregister zien wij als een belangrijke bijdrage aan het aanzien van het vak. Als alle klantmanagers aantonen dat ze voldoen aan de eisen die in de beroepsstandaard zijn vastgelegd en zich laten registreren, dan kan niemand meer om ons heen als professionals in de uitvoering van de Participatiewet. Daarom is de beroepsregistratie voor ons dit jaar het belangrijkste speerpunt. We hebben hiervoor subsidie ontvangen van het A&O fonds.