Door: Naomi Persoon, College voor de Rechten van de Mens
Op 10 december 2023 vieren we de 75ste verjaardag van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. Het universele idee ‘dat alle mensen vrij en gelijk in waardigheid en rechten worden geboren’ werd in 1948 wereldwijd erkend. In de Verklaring staat onder andere dat alle mensen recht hebben op een behoorlijke levensstandaard, waaronder voeding, kleding, huisvesting, toegang tot gezondheidszorg, sociale voorzieningen en bijstand.
In de afgelopen 75 jaar is er veel verbeterd als het gaat om die behoorlijke levensstandaard van mensen. Maar we zijn er nog niet. Armoede is een groot en groeiend probleem, zowel in Europees als Caribisch Nederland. Denk aan mensen die op straat prullenbakken inspecteren om er blikjes uit te halen voor het statiegeld. Of mensen die fulltime werken, die alsnog geld te kort komen aan het eind van de maand.
Wisselwerking tussen armoede en mensenrechten
Maar armoede is veel meer dan een gebrek aan geld. Het raakt verschillende delen van het leven van mensen en dus ook aan verschillende mensenrechten. Denk bijvoorbeeld aan het recht op gelijkheid en non-discriminatie, onderwijs, huisvesting, arbeid en gezondheid. Wanneer deze rechten niet goed gewaarborgd zijn, kunnen de effecten daarvan en de mate van armoede elkaar over en weer beïnvloeden. Bijvoorbeeld dat je door een gebrek aan geld een ongezond voedingspatroon hebt, of woont in een huis met schimmelplekken op de muren. Dit zorgt voor problemen met je gezondheid. Of dat je geen nette kleding meer hebt, waardoor het vinden of behouden van een baan lastig is. Je recht op arbeid staat dan onder druk, terwijl je net zoveel recht hebt op werk als ieder ander.
Kinderen in armoede kunnen niet altijd ontbijten. Als je met honger naar school gaat, heb je minder energie voor je concentratie. Daardoor kun je meer moeite hebben met het leren van bijvoorbeeld lezen en schrijven. Andersom is het ook zo. Als je geen toegang tot kwalitatief goed en betaalbaar onderwijs hebt gehad, kun je meer moeite hebben met sollicitaties. Bijvoorbeeld doordat je bepaalde vaardigheden mist voor een baan die je graag wilt.
Als je in armoede leeft, is het moeilijker om je recht te halen. Je kunt bijvoorbeeld geen dure advocaat betalen. Ook kan het zijn dat je zoveel zorgen hebt, dat je geen tijd hebt om uit te zoeken waar je eigenlijk allemaal recht op hebt. En andersom bekeken: als je minder gebruik kunt maken van je recht, kom je sneller in armoede. Bijvoorbeeld als je niet weet bij welk juridisch loket je moet zijn, niet goed overweg kunt met computers, niet goed kunt lezen, of niemand om hulp kunt vragen.
Mensenrechten centraal
Armoede en mensenrechten zijn dus onlosmakelijk verbonden en beïnvloeden elkaar over en weer. Het is dus belangrijk om in armoedebeleid niet alleen uit te gaan van de financiële aspecten van armoede, maar juist ook de doorwerking op andere vlakken en dit te koppelen aan mensenrechten. Zoals de voorbeelden al laten zien kan een goede bescherming van de rechten van mensen die in armoede leven, de nadelige gevolgen die armoede op hun leven heeft verminderen. Bovendien kan de bescherming van mensenrechten juist ook het risico op armoede helpen verkleinen. Het College voor de Rechten van de Mens vindt daarom dat de veelzijdigheid van de effecten van armoede én mensenrechten centraal moeten staan in armoedebeleid.
Bijvoorbeeld: maatregelen die de belemmeringen voor de participatie van mensen in armoede wegnemen kunnen hun sociale uitsluiting tegengaan. Inkomensondersteunende maatregelen die ervoor zorgen dat mensen hun huur kunnen betalen en hun aandacht kunnen richten op hun toekomst, helpen hun gezondheid verbeteren en vergroten hun kansen op de arbeidsmarkt.
Concrete maatregelen om de gezondheid te verbeteren leveren gezondheidswinst op en bevorderen bovendien maatschappelijke participatie en toegang tot de arbeidsmarkt. Het garanderen van het recht op onderwijs aan kinderen uit arme gezinnen kan bijdragen aan een toekomst voor hen zonder armoede.
Zet ervaringsdeskundigen in
De centrale overheid en lokale overheden vervullen een cruciale rol in de bescherming van mensenrechten en alle bestuurslagen dragen deze verantwoordelijkheid. Armoede stoppen waar zij nog voorkomt en voorkomen waar die dreigt te ontstaan is een kerntaak van de overheid. Ambtenaren die in direct contact staan met mensen in armoede hebben een bijzondere rol. Zij komen in hun dagelijkse werk in aanraking met mensenrechtelijke vraagstukken. Deze ambtenaren hebben een sleutelpositie bij de implementatie van mensenrechten in de praktijk.
Armoedebeleid kan namelijk alleen effectief zijn als het samen gemaakt (en uitgevoerd) wordt met ervaringsdeskundigen en het maatschappelijk middenveld: mensen die weten hoe het is om arm te zijn en hulpverleners die in nauw contact staan met diverse gemeenschappen. Zij weten als geen ander aan wat voor maatregelen behoefte is en waaraan juist niet. Zo kunnen mensen in armoede en hulpverleners meepraten over problemen en meebeslissen over oplossingen en de uitvoering ervan. Zij zijn dan een gelijkwaardige gesprekspartner en vervullen een belangrijke signalerings- en doorverwijsfunctie.
In een effectief armoedebeleid is bijzondere aandacht nodig voor risicogroepen. Zoals eenoudergezinnen, maar ook mensen met een migratieachtergrond, mensen die bijstand ontvangen en mensen met een beperking. Daarnaast is er een toenemende groep werkenden in loondienst en zelfstandigen die in armoede komt of dreigt te komen. Al deze mensen moeten betrokken worden, omdat ze uit zichzelf niet zo snel mee zouden doen.
Mensenrechten moeten dus het uitgangspunt zijn bij de ontwikkeling van armoedebeleid. En praten met en luisteren naar mensen in armoede het begin.
Over het College voor de Rechten van de Mens
Het College voor de Rechten van de Mens is het mensenrechteninstituut van Nederland. Als onafhankelijke toezichthouder belichten, beschermen en bevorderen wij de mensenrechten in Europees en Caribisch Nederland. Daarnaast oordeelt het College over discriminatieklachten.